Merel
De merel (Turdus merula) is een van de bekendste vogels van Nederland. Het mannetje is voornamelijk zwart en heeft een gele oogring en snavel. Het vrouwtje is meer gecamoufleerd doordat zij een donkerbruin verenkleed heeft. De poten van beide soorten zijn donkerbruin. De ogen van de merel zijn relatief groot.
Voedsel
Het voedsel bestaat uit wormen, insecten, bodemdiertjes, bessen en fruit. Hij heeft allerlei verschillende methodes om aan zijn voedsel te komen. Door zijn grote ogen is de merel bijvoorbeeld een oogjager: hij zoekt zijn prooi door de grond af te speuren. Als de vogel op zoek is naar regenwormen houdt hij zijn kop scheef, waarschijnlijk om bodemleven te horen. De bekendste manier is meestal hippend op de grond en in de grond hakkend. Daarbij werpt hij mos en bladeren op, een techniek waar het bos zelf ook van profiteert, want zo komt er meer lucht in de bodem.
Zang
In het broedseizoen is zijn melodieuze zang in het grootste deel van Europa vooral ‘s ochtends en ‘s avonds te horen. De merel is een uitbundige zanger en zingt vaak vanaf een hoog punt, zoals een boomtop of dakrand. De zang is een vol, aangenaam, melancholisch muzikaal lied met vele variaties, dat vaak eindigt in zachte, krassende geluiden. Het merelmannetje zingt het meest als zijn vrouwtje op de eieren zit. Ook is een fluisterzang bekend, vooral buiten de broedperiode.
► Speel geluid af 🎶
Leefgebied
Het aantal broedparen in de periode 2013-2015 lag tussen de 650.000 en 1.100.000. Overal waar grasvelden, bomen en struiken zijn, zijn merels. Het talrijkst is de merel in groene buitenwijken en vochtige bossen met veel ondergroei. In een van de 120 natuurgebieden van het Zuid-Hollands Landschap kom je de merel vast en zeker tegen.