Welkom terug, grutto!
Na een lange trektocht uit Afrika zijn ‘onze’ grutto’s in Zuid-Holland aangekomen. Een teken dat de lente in de lucht hangt en het broedseizoen kan beginnen. Tijd om aan te sterken, te paren en de kuikens op te voeden! En dat is belangrijker dan ooit, want het gaat niet goed met de grutto. In de laatste dertig jaar is de populatie met 50% afgenomen. Daarom halen onze boswachters en vrijwilligers alles uit de kast om deze weidevogels te behouden voor de toekomst.
In de knel
- Kruidenrijk grasland vol met insecten neemt af.
- De grond is vaak te droog of het gras staat te dicht op elkaar. Grutto’s kunnen dan niet bij de wormen komen.
- Snel groeiend gras moet vaak gemaaid worden. Een groot gevaar voor kuikens.
- Maaien verstoort de rust. Dat is voor roofvogels de kans om een nest leeg te halen.
Nergens in Europa broeden zoveel grutto’s als in Nederland. Maar jonge kuikens hebben vrijwel geen kans om veilig op te groeien. Door slechte leefomstandigheden sterven er meer grutto’s dan erbij komen.
Uitgekiend beheer is de sleutel tot succes
Het Zuid-Hollands Landschap past allerlei maatregelen toe om de grutto te beschermen. In polders De Nesse en Berkenwoude in de Krimpenerwaard zijn bijvoorbeeld percelen afgeplagd en slootkanten vlakker gemaakt. Er wordt later gemaaid zodat het grasland kruidiger wordt, en het waterpeil kan in het voorjaar omhoog worden gebracht waardoor er een plas-dras ontstaat waar grutto’s hun voedsel kunnen zoeken.
Wilgen in broedgebieden worden ook vaker geknot, zodat kraaien en buizerds deze bomen niet kunnen gebruiken als uitvalsbasis om te gaan jagen. Ook zorgen we voor rust en werken we nauw samen met pachters. Andere weidevogels profiteren ook van dit beheer, zoals de tureluur, kievit, scholekster, veldleeuwerik, zomertaling en slobeend.
In ons werk staat de grutto symbool voor een agrarisch landschap met een hoge biodiversiteit. Het is een icoon van de rijke weide.