Start weidevogelseizoen
Elk voorjaar leeft het weer bij iedereen die ook maar iets met weidevogels te maken heeft: de vondst van het eerste kievitsei. Dit moment symboliseert al jaren het begin van het weidevogelseizoen. Met het vinden van het eerste kievitsei op 2 maart in de provincie Gelderland, is het weidevogelseizoen van 2024 al vroeg begonnen.
Veel landbouwwerkzaamheden moeten dit voorjaar nog worden uitgevoerd. Des te belangrijker is daarom ook de inzet van vrijwilligers en boeren om de vogels de kans te geven vroeg en succesvol te nestelen.
Samenwerking vrijwilligers en boeren
Weidevogelvrijwilligers trekken tot half juni het land in om waar nodig samen met boeren nesten te zoeken en te markeren. De markeringen maken het mogelijk voor de boer om rekening met de nesten te houden tijdens veldwerkzaamheden. Door om een nest heen te maaien of het te verplaatsen krijgen weidevogels meer kans om de eieren succesvol uit te broeden.
Vrijwilligers helpen niet alleen bij het zoeken en beschermen van nesten, maar ze zijn ook extra ogen in het veld. Zij kunnen helpen om het beheer daar waar nodig aan te passen om de weidevogels succesvol te laten broeden.
Weidewachters
In meerdere provincies in ons land zijn weidevogelvrijwilligers actief. In de provincie Zuid-Holland worden deze vrijwilligers, ook wel weidewachters genoemd, ondersteund vanuit programma De Groene Motor. Ze werken nauw samen met boeren, agrarische collectieven en terreinbeheerders. Samenwerking van alle betrokkenen is de voorwaarde voor effectief weidevogelbeheer.
Hoe helpt het Zuid-Hollands Landschap?
Weidevogels voelen zich thuis op het Nederlandse boerenland. De meest bekende zijn de kievit, de grutto en de scholekster. 90 procent van de grutto’s van West-Europa groeit op in onze Veenweidengebieden. Weidevogelkuikens zijn vaak geheel aangewezen op insecten en volwassen vogels halen hun voedsel, zoals regenwormen en emelten, voor een belangrijk deel uit de vochtige bodem.
Groene zones
Door groene zones te maken, kunnen onze boswachters een groot aantal bedreigingen wegnemen en geven we weidevogels een kans om te overleven. Dat betekent dat we van agrarisch weiland kruidenrijk grasland maken. Dat doen we door de grond te verschralen (bijv. door afplaggen of minder bemesten) en na het broedseizoen te maaien. We voeren het maaisel zoveel mogelijk af om verruiging te voorkomen en kruiden meer groeimogelijkheden te bieden. Er ontstaat dan een open grasmat met diverse kruiden en bloemen. Dat trekt insecten aan, het voedsel van kuikens.
Plas-dras
Natte percelen (plas-dras percelen) werken als magneten op grutto’s en andere weidevogels, zoals tureluurs en doortrekkende kemphanen. U kunt de vogels hier vaak met honderden bij elkaar zien staan. De weidevogels die terugkeren uit het zuiden kunnen er uitrusten, opvetten en paren vormen. De afgelopen jaren hebben we verschillende percelen zodanig ingericht dat er in het vroege voorjaar een plasdras-situatie ontstaat. Op andere percelen zijn de afgelopen jaren de oevers van greppels verflauwd. Door deze greppels vanaf begin maart tijdelijk dicht te zetten kan het regenwater niet weglopen en ontstaan ook hier natte omstandigheden die de groei vertragen. Op deze manier wordt de voedselbiotoop voor de kuikens die vanaf eind april uit het ei komen voorbereid.
Mozaïek grasland voor kuikens
Ideaal is een mozaïekrijk grasland met veel variatie in begroeiing en dekking: een deel met hoger gras waar kuikens kunnen schuilen tegen hun natuurlijke vijanden, en een deel plas-dras, waar ze gemakkelijk eten kunnen vinden. Door de ideale omstandigheden te creëren nemen we een groot aantal bedreigingen weg. Onze boswachters werken aan kruidenrijk grasland, want dat is aantrekkelijk voor insecten. Zij weren predatoren uit het gebied, bijvoorbeeld door het verwijderen van bomen waarin roofvogels vaak hun uitkijkpunt en aanvalspositie hebben. Maaien gebeurt later in het seizoen, zodat kuikens voedsel en een schuilplaats vinden.
Weidevogels spotten?
Stichting Het Zuid-Hollands Landschap is er trots op een aantal ware weidevogelparadijzen te beheren. Hieronder de hotspots op een rij:
- De Voorofsche Polder tussen Waddinxveen en Boskoop is een hotspot. Wie de vogels hier van dichtbij wil bekijken kan het beste op de kade aan de westkant van de polder gaan staan (bij de ingang van het Gouwebos in Waddinxveen).
- Polder Bilwijk in de Krimpenerwaard, gelegen tussen Stolwijk en Haastrecht. Vanaf de Bilwijkerweg is deze weidevogelrijke polder goed te overzien van achter het vogelkijkscherm.
- In de Krimpenerwaard verblijven veel weidevogels in de Polder De Nesse, de Polder Kattendijksblok en bij de Berkenwoudse Driehoek ten zuidwesten van Berkenwoude. Ook in Polder den Hoek ten oosten van Lekkerkerk heeft u zeker succes. Met name rond het nieuw aangelegde helofytenfilter ten noorden van de Wetering-Oost.
- In de Vijfheerenlanden is een bezoek aan De Huibert een echte aanrader. Dit weidevogelreservaat is te overzien vanaf de Zijdekade bij het buurtschap Over-Heicop.
- Wie op Voorne een goede weidevogellocatie zoekt, kan bijv. naar Waalhoek in de polder Abbenbroek ten oosten van Hellevoetsluis. De weidevogels zijn goed te zien vanaf de Katerwaalsedijk.
- Iets noordelijker ligt het eveneens gruttorijke Hillenhoek. Dit graslandreservaat ligt langs de Kanaaldijk ten zuiden van Zwartewaal. Het is goed te overzien vanaf het fietspad aan de westzijde van het Kanaal door Voorne en vanaf de Abbewerveweg.